In de ban van de eindeloze Gobi Vandaag, 12 juli, gestart met de zevendaagse Gobi trekking. Met twee fourwheel drive-busjes, twee chauffeurs, die geselecteerd lijken te zijn op het ontbreken van drie
voortanden, onze gids Bambi en 9 toeristen gaan we op pad. Binnen een kwartier ben je de drukke stad Ulaan Bataar uit en daarna begint het grote genieten. We trekken van Noord naar Zuid door de Gobi,
van groene steppes naar grijze rotsformaties. De kleurschakeringen zijn werkelijk prachtig. Nooit geweten dat een woestijn zo afwisselend kan zijn. En je zou dit verhaal eigenlijk moeten kunnen
ruiken. In het noorden ruikt het naar ui op de steppe en daarna geurt het heel kruidig naar tijm. Het vee dat hier graast is heel smaakvol omdat ze dus constant kruiden eten. Als we op het einde van
de eerste dag de rotsen bereiken lijkt het wel of je op de maan staat, rode gruizige zandgrond met die vreemde vormen rotsen. Prachtig! Op de tweede dag trekken we verder naar het zuiden. We rijden
die dag 10 uur en in het busje maken we een verdeling van de zitplekken. Voorin naast Whubi, de chauffeur, is de VIP plek omdat je daar het gebotst en gehobbel het minste voelt. Achterin ervaar de je
de Gobi zoals hij is; droog, hard, met rammelende wasborden en onverwachte kuilen in de weg. Je mag telkens een dagdeel op de VIP plek zitten. Als de chauffeur moe wordt gaan we zingen en voeren we
hem gedroogde appeltjes. Hij brengt ons veilig iedere dag verder, alhoewel hij het noodlot niet tart. Bij iedere Ovol stopt hij even en gooit een steentje op de stapel. Wij maken daar zelf ook maar
een goede gewoonte van. Dat brengt geluk, zeggen ze... Op de ochtend van die twee dags zingen we samen het Wilhelmus in een natuurlijk theater en daarna zingt Bambi voor ons een Mongoolse longsong,
zoals ze dat hier noemen. Ze zingt 'from the heart', met de echo van de bergen een echt kippenvel momentje. Daarna lopen we een uur door dit bijzondere maanlandschap naar een standbeeld dat in de
midle of nowhere staat ter ere van de longsongzangers. Overdag hebben we ook een paar stevige regenbuien, wat overigens prachtige luchten oplevert. Midden in de woestijn met onweer en regen...nooit
bij stil gestaan dat het ook zo hard kan regenen in de woestijn! Nu slippen we dus weer even een uurtje door de blubber heen. Respect voor onze beide chauffeurs! 's avonds bij zonsondergang zien we
een prachtige canyon, met alle kleurschakeringen van oranje, rood en violet. Werkelijk adembenemend mooi en zover als je kunt kijken (en dat is hier in Mongolië heel ver) helemaal niets te horen of
te zien. Stilte alom op een paar zwaluwen na.... Die tweede avond slapen we bij een nomadenfamilie. Deze nacht slaapt de familie zelf in de hoofdgertent, waar ze ook koken en eten en wij slapen in de
drie andere tenten. De gids en chauffeurs slapen in de busjes. Er is geen elektriciteit, geen stromend water en geen toilethokje. Je loopt de woestijn in en graaft een kuiltje en that's it. Ze hebben
buiten een paaltje in de grond staan waar een soort halve omgekeerde fles op gemonteerd is. Aan de bovenkant giet je je er water in en aan de onderkant zit een soort druppelaar, zodat je je handen
kan wassen. Het water komt uit een bron die ze in de grond slaan. Hier in de woestijn wordt geen druppel water verspilt. Ik vind het mooi om te zien hoe de nomaden zonder enige vorm van verspilling
leven. Deze nomaden in het zuiden van de Gobi houden kamelen en we hebben alles van de kameel al gegeten: kamelenkaas, kamelenwodka, kamelenboter, kamelenmelk, kamelenvlees in de noodlemaaltijd. De
dekens op ons bed zijn van kamelenwol, de touwen waarmee de gertent geankerd wordt zijn van kamelenhaar. Het vuur wordt gestookt met kamelenpoep. Het vlees wordt gedroogd en in plakken gesneden. Die
plakken worden dan met de schaar in reepjes geknipt en in de maaltijd verwerkt. We gooien thuis al niet veel eten weg, maar ik neem me voor om dat nog minder te doen. Wat ook veel indruk maakt is hoe
weinig deze nomaden bezitten. Omdat ze in de woestijn vaker verkassen dan in de groene gebieden hebben ze eigenlijk bijna geen meubels. Ze hebben matrassen op de grond, een kachel waarop ook gekookt
wordt in een soort grote wok en een klein keukenkastje waarin de glazen en borden staan. Verder een tv kastje waarin de rest zit. Nergens een kledingkastje of zo. Ze wassen gewoon vaak. Alle andere
bezittingen worden tussen het tentdoek en de stokken die het plafond vormen gestoken, zo hangen Nokia mobieltjes gebroederlijk naast de zaag en de klos naaigaren. Je ziet dus meteen alles wat iemand
bezit hangen in de tent. Eten doe je zittend op de grond. Ik word op de derde dag wakker van het gehuil van de baby-kamelen die hun moeders naar de woestijn zien vertrekken. De moeders eten daar
grasjes en keren dan 's avonds terug naar de nomadenfamilie waar hun jongen aan een touw vast staan. Pas dan krijgen de jongen te drinken en daarna worden de moeders gemolken door de nomaden. Van die
melk krijgen we airag te drinken en zure kamelenkaas te eten. Het ontbijt bestaat uit een witte boterham met suiker, een kommetje thee en een kommetje kamelenwodka. En natuurlijk airag. Ja, dat is
weer eens wat anders dan mijn normale kommetje muesli met yochurt thuis! De nomaden willen van ons weten wat voor beroep we hebben en hoeveel kinderen, of we ook voor onze ouders zorgen in Nederland
en of we erfstukken hebben die van generatie naar generatie overgaan. Zij doen dat bijvoorbeeld met hun snuiftabakspotje. Leuk om zo, via de gids Bambi, met elkaar te kunnen praten. Zij zijn net zo
nieuwsgierig naar ons als wij naar hen. Het correct uitspreken van elkaars naam is voor beide partijen al een hele kunst en levert veel gelach op! Als ik 's ochtends mijn toiletkuiltje graaf achter
de tenten en mijn blik laat gaan over de onafzienlijke lege woestijnvlakte, waarin buiten deze vier gertenten en hun motor, niets te zien is, realiseer je hoe anders hier het leven is. Wat zo mooi is
om te zien is hoe vrolijk de mensen zijn en hoe ze het samen gezellig maken met bijna niks; zingen, viool spelen, grapjes met elkaar maken. Wat een unieke ervaring! De derde dag is gelukkig een korte
reisdag. We komen al om 15:00 uur in het gertentenkamp aan en daar kunnen we weer douchen: lekker! De stilte van de middag even relaxen met een boekje, biertje, dutje en natuurlijk dit verslag. De
vierde dag is een topdag! We starten om 6 uur, bewonderen onderweg het geklauter van een grote groep steenbokken en lopen dan 2 uur door de Adelaarsvallei. Prachtig om het vroege zonlicht door de
smalle vallei te zien schijnen en de vogels op de eerste thermiek omhoog te zien gaan. In het smalste punt van deze canyon is er nog ijs en dat midden in de woestijn. Daarna rijden we naar een andere
canyon waar ze dinosaurus botten en eieren hebben opgegraven. Ook zien we het Gobi Forest, een beetje overdreven naam voor de strook struikachtige bomen. De bomen hebben tientallen meters lange
wortels, die diep in de grond het water zoeken. Maar toch bijzonder om groen te zien na de onmetelijke zand en gruis vlaktes die we vandaag doorkruisen. Het is 40 graden en er is niks, niks, niks. De
chauffeurs navigeren puur op herinnering en herkenning, je begrijpt zelf niets van de paadjes en sporen. Nergens staat een bord, nergens is een benzinepomp. Het lijkt of je hier niet uit kunt rijden,
of het nooit stopt. We zien fata morgana's, voelen de zinderende zon en warme lucht. De busjes zitten van onder tot boven onder het zand. Hier ervaar je echt de woestijn. Je bent blij dat we met 2
busjes zijn en dat we vele flessen water achterin hebben liggen... En dan bereiken we de zandduinen. We doen een wedstrijdje wie het eerste boven is, maar dat valt nog niet mee. Daarna rollend of
rennend naar beneden. We komen laat aan in een gerkampje. Als 's avonds om 21.00 uur de generator voor een paar uur aan gaat komen uit alle rugzakken Ipads, batterijopladers voor de camera's en
mobieltjes te voor schijn. Het lukt iedere keer weer net om alles weer op tijd opgeladen te hebben. We hebben een streng regime, camera's gaan voor Ipads en mobieltjes. De vijfde dag bezoeken we de
ruïnes van een klooster en hebben we een hele lange reisdag. ' s avonds treedt er in het gerkamp een Mongoolse traditionele muziekgroep op met allerelei bijzondere instrumenten. Ook zat er een
keelzanger bij. Wat die man met zijn stembanden kan is wel erg bijzonder, het zijn bijna geen menselijke geluiden meer. Daarna hebben we een 'wodkamoment', erg gezellig!! Jammer dat Erwin het moet
missen want die heeft een stevige buikloop te pakken. Zesde dag bezoeken we de oude hoofdstad Kharkorin met het oude klooster Erdenet Zuu. Mooi om de ceremonie van de Boedistische monniken mee te
kunnen maken. Erwin blijft in het kamp achter en is wat koortsig. Als we na het klooster terugkomen geeft onze gids Bambi hem een drukpunten hoofdmassage en ik zie zijn ogen helder gaan staan. Wat
een bijzondere vrouw, ze blijkt ook nog acupunctuur te beheersen. Zoals ze het zelf zegt: de chauffeurs zijn getraind om de busjes te kunnen repareren en ik moet de mensen kunnen repareren. Op de
lokale markt sla ik nog wat koekjes en fruit voor Erwin in en dan toch nog een paar uurtjes de bus in. We slapen bij een nomadenfamilie met koeien en geiten. Zes kinderen bestuderen alles wat we doen
en een bevriend echtpaar uit de buurt (relatief begrip hier) is ook even komen kijken naar ons. Wat is het toch leuk om zo een avond en ochtend mee te mogen leven met zo'n familie. Dat maakt deze
tocht echt een belevenis. Na nog een massage van Bambi en een goede nacht slaap knapt Erwin gelukkig op. Op de laatste dag hebben we voor het eerst sinds een week weer 2 uur asfalt....genieten!
Rondom 14.00 uur zijn we terug in Ulaan Bataar waar we kunnen douchen en relaxen en natuurlijk ons reisblog bijwerken. Vanavond tassen pakken en morgen gaan we drie dagen wandelen met Bambi als gids
en waarschijnlijk met zijn tweeën. We kijken er naar uit om lekker te bewegen en het is leuk om het met Bambi te doen. Ze is een remarkable woman! Wat zijn we blij dat we deze Gobi tour hebben
gedaan. De meest prachtige landschappen en de impressies van het nomadenleven hebben we als kostbare foto's in ons hoofd. Komende drie dagen zijn we dus weer uit de lucht. Maar het verhaal wordt
daarna vervolgd.
Nadaam spektakel Vandaag, 11 juli, viert Ulaan Bataar feest. En wij met ze! Wat een superdag, echt een hoogtepunt van deze reis. We maken de openingsceremonie mee en je weet werkelijk niet waar je
kijken moet, zowel het publiek om je heen is op zijn mooist aangekleed als de mensen die de ceremonie uitvoeren. Alle traditionele kleding van de stammen is vertegenwoordigd, de kleuren knallen er
van af. De president komt een toespraak houden en ook hij is in traditionele kleding. Daarna begint het worstelen, waar ze geen gewichtsklasses kennen, dus in de eerste rondes staan er van die
sprietige mannetjes tegenover van die kolossen van worstelaars. Uiteindelijk winnen natuurlijk de zwaartsten. Daarna met Floor en Marco op het festival terrein rondgedwaald en daar waren wij in een
van de vele eettentjes de bron van vermaak. Floor is vegetarisch en probeerde een groente-dumpling te bestellen. Nou, dat was lachen voor de Mongolen in dat tentje, iemand die geen vlees
eet...hilarisch in dit land waar iedereen vee heeft. We hebben toen met zijn drieën wel een dumpling met vlees gegeten en toen we vertrokken en 'bye, bye' zeiden was dat natuurlijk ook weer erg
grappig. Maar wat een aardige, open mensen! Iemand vertaalde zelfs spontaan de speech van de president voor ons. Daarna bij de boogschietwedstrijden gaan kijken bij 'anklebone-schieten', een sport
waarbij je met een botje vanaf een soort schietplankje twee enkelbotjes van een schaap probeert om te schieten. Daarna op het einde van de middag nog bij de paardenraces gaan kijken die op de steppes
buiten de stad worden gehouden. Jongens van misschien 6 jaar oud gaan in vol galop over de steppes heen. Geweldig hoe trots en gemakkelijk hier iedereen paard rijdt. Wat een heerlijke dag, een
herinnering die in het geheugen gegrift staat. We zijn van de ene verbazing in de andere gevallen. In de vroege avond nog even geshopt voor de komende week als we de Gobi woestijn ingaan. Even wat
extra fruit en groente ingeslagen want dat is daar niet te krijgen. We hebben er zin in. De komende week zijn wel off line. Even geduld dus weer.
Van het ene uiterste naar het andere Vandaag 10 juli een excursie in Ulaan Bataar gedaan. Het is een dag voor het Nadaam festival en iedereeen loopt al helemaal opgedoft rond. We maken op het
centrale plein een militaire parade mee, dompelen onder in de geschiedenis van Mongolië in het historisch museum, bezoeken het grootste Boedistische klooster van de stad, met een immens Budda beeld
van 25 meter hoog volledig in goud gedompeld, en zien in een gertentenwerkplaats hoe die tenten gemaakt worden. 80% is nog handwerk, alle palen zijn prachtig beschilderd. Precies zo als de gertent
waar we de afgelopen twee dagen in het Terelj Nationaal Park in geslapen hebben. En ook de tent van de nomadenfamilie waar we 's avonds 9 juli op bezoek zijn geweest zag er zo uit. Ze vertelden dat
de man hem in het huwelijk had ingebracht en dat hij 40 jaar meegaat. Als er wat kapot gaat repareren ze het. Dat bezoek was erg leuk en leerzaam, we werden ontvangen met de bekende airag, de
gefermenteerde paardenmelk, uit zilveren kommen. Het smaakt als zure karnemelk met een beetje alcohol. We hebben het lokale snuifpoeder geprobeerd; zes keer niesen daarna. Verder krijgen we koekjes,
kaas en yochurt. We kunnen alles aan ze vragen en de gids vertaalt het voor ons. Heel bijzonder, hoe mensen zo zonder enige vorm van verspilling kunnen leven. Het zeer drukke Ulaan Bataar waarin het
verkeer hopeloos vastzit is dan wel het andere uiterste. Vanavond, na de excursie, onze rugzakken in het hotel gezet en daarna samen met Marco en Floor een taxi naar het centrum genomen om samen te
eten. Na morgen gaan zij een ander programma doen en zullen we elkaar niet meer zien, dus besluiten we tot een afscheidsetentje. Het grappige is dat er hier geen officiele taxis zijn, maar dat
iedereeen hier taxi is. Je gaat gewoon met je hand staan wapperen langs de weg en dan stopt er iemand. Je spreekt een prijs af, die neerkomt op ongeveer 1,5 euro p.p en wordt afgezet waar je moet
zijn. Zo verdient iedereen wat aan het drukke verkeer....
Op grote voet Als ik op zondag 8 juli wakker wordt zie ik de eerste gertenten in Mongolië. Wow, wat een wijds landschap! Er is geen struik of boom meer te bekennen, alleen maar glooiende groene
heuvels met spectaculaire rotsformaties aan de randen van de valleien. En dan natuurlijk die kleine groepjes witte gertenten. Als we het station van Ulaan Bataar naderen zie je die gertenten tegen de
fabrieken aangeplakt staan. Daar overnachten de fabrieksarbeiders in. Ze nemen hun huis gewoon mee naar het werk. Een andere manier om met woon-werk verkeer om te gaan. Het is effe schrikken als
blijkt dat er 35 Nederlanders uit deze trein stappen. Dat geeft wel heel erg een massatoerisme gevoel en daar kwamen we nou juist niet voor! Maar het is ook wel logisch: het Nadaam festival, dat over
twee dagen plaatsvindt, trekt natuurlijk niet alleen ons aan. Bovendien kun je alleen op zondag Mongolie in dus dat geeft ook al een concentratie van toeristen. Dus, dit is de nieuwe werkelijkheid en
niet zeuren. Uiteindelijk zijn de mensen die zo'n reis maken geen van allen 'all-inclusive' types. Er ontstaan toch al snel leuke gesprekken. De kunst is om het niet als een groep te zien maar als 35
interessante individuen. Na aankomst in Ulaan Bataar gaan we eerst ontbijten en geld pinnen. Met 350.000 Tugriks lopen we de bank weer uit. Wat een stapel geld, maar het is 200 euro. Dus je kan er
nog niet echt mee op grote voet leven. Maar je voelt je toch wel een beetje millionair. Op ieder bankbiljet staat natuurlijk een afbeelding van Chinggis Khaan. Dan op weg naar het gertentenkamp in
het Terelj National park waar we twee dagen blijven. Onderweg kijken we onze ogen uit. Kuddes met geiten en yaks, Mongolen op paarden en kamelen. De Ovols langs de weg die als je er drie keer om heen
loopt en drie steentjes er op gooit geluk brengen. Een keer er om heen lopen voor het verleden, een keer voor het heden en een keer voor de toekomst. We hebben mazzel want we hebben de 4-persoons
gertent voor onszelf. Het is een tentenkamp met 20 gers, een toilet en douchehok en een hoofdgebouw erbij waar je eet. Het lijkt dus een beetje op een camping. Na een lekkere, welliswaar ijskoude
douche gaan we samen met vier andere toeristen in een busje op pad naar het Chinggis Khaan museum. Gelukkig waaiert de groep nu uit, sommigen blijven in hun tent relaxen, anderen gaan wandelen of
paardrijden. Zo met een groepje van 6 personen is het prima te doen. De rit naar het museum is minstens net zo interessant als het museum zelf. Om de haverklap dondert de uitlaat onder de bus uit en
die wordt dan vervolgens met een touwtje weer vast gezet. Kan nog jaren mee zo! De Mongolen rijden auto alsof ze op een paard zitten. Iedereen rijdt een andere snelheid en je kan links en rechts
inhalen. Als je maar toetert. En dat alles op een vergane asfalt weg die vol met joekels van gaten zit. Iedereen slalomt van links naar rechts over die weg heen en op de ergste stukken rijdt je
gewoon naast de weg, waar dan weer koeien lopen...kortom, een heel gekrioel op deze enige wat grotere weg. En dan midden in die desolate vlakte rijst er een gigantisch roestvrijstalen beeld van
Chinggis Khaan op zijn paard op. Veertig meter hoog prijkt het bovenop het dak van het ronde museum dat als een soort voetstuk dient. Als je het museum binnenstapt is het eerste wat je ziet een 10
meter hoge Mongoolse laars waar ze het Guiness Book of records mee hebben gehaald. Het bleek een laars maatje 3.000 te zijn. Dat is pas op grote voet leven! Wat het verder met Chinggis Khaan te maken
heeft wordt niet helmaal duidelijk. In het museum de hele geschiedenis van het enorme imperium dat Chinggis en zijn zonen en kleinzonen opbouwden in twee eeuwen. Indrukwekkend. Morgen gaan we lekker
met zijn tweetjes wandelen. We hebben geen zin om met een grote groep te gaan lopen. De manager van het gertentenkamp heeft ons een alternatieve route uitgelegd. Dit gebied is niet in kaart gebracht,
dus je moet het op je eigen oriëntatie lopen. Maar omdat je hier zo ontzettend ver kan kijken zal dat geen probleem zijn. We twijfelen of we ook nog een uurtje willen paardrijden op zo'n klein
Mongools paard. We zien wel. Vanmiddag Mongolen in volle galop zien rijden en dat doen we ze niet na. De paarden worden op de schouders gezadeld en je zit dus veel hoger en heel rechtop. Nog heerlijk
twee volle weken in dit bijzondere land voor de boeg!
Fris & fruitig Nee, die titel slaat op zaterdagochtend 7 juli niet op onze looks. Na 2 uur slaap staan we om 03:50 uur gepakt en gezakt voor de treinetapppe van Irkutsk naar Ulaan Baatar.
Gelukkig komen onze medecoupegenoten ook nu pas in de trein en kunnen we dus tegelijkertijd onze bedden opmaken. Deze keer reizen we samen met twee Engelsen, die in Moskou wonen en daar Engelse les
geven. We pakken met zijn vieren nog een paar uurtjes slaap mee in de ochtend. Als ik wakker word, kijk ik naar een constant veranderend schilderij. Wat een prachtige reisdag vandaag! Laatste stuk
Rusland is heuvelachtig en afwisselend. Het wordt hier al steppe-achtig. Hier en daar nog een verdwaald houten huis. Je nestelt je in een hoekje van je bank en kijkt lekker de hele dag naar buiten.
Dit is zoveel leuker dan vliegen! Fris & fruitig slaat helaas ook niet op de hygiëne in onze trein. We zitten nu in een Chinese trein en dat is een heel verschil met de Russische trein van Moskou
naar Irkutsk. We hebben nu Chinese mannen die de wagon verzorgen, maar ze hebben weinig gemeen met de potige en propere Russische provodniki, die we gewend waren. Vriendelijk zijn ze wel, maar daar
wordt helaas de toilet niet schoner van. Inademen voor je naar binnen gaat, hygiënische doekjes in de aanslag en pas weer uitademen als je naar buiten gaat. Als we 's middags in het gangpad naar
buiten staan te kijken, beseffen we voor de zoveelste keer hoe anders het hier is. Alle medereizigers voorbij zien komen op weg naar toilet of restauratiewagen is net alsof je op een terrasje zit.
Wat een verschillende gelaatstrekken zie je hier passeren. We horen voor het eerst de Mongoolse taal, voor ons klinkt het als een mix tussen Russisch en Chinees maar dan helemaal vanuit de keel
gesproken. Op dit moment staan we al 3 uur aan de grens met Mongolië. De douane neemt zijn taak hier nog zeer serieus; paspoorten verdwijnen in een grote leren tas van een mevrouw met een blik in
haar ogen, die iedere discussie bij voorbaat nutteloos maakt. Immigratieformulieren moeten minitieus worden ingevuld, de drugshonden snuffelen de hele trein af, de bagage wordt gecontroleerd door een
douaneman die één Engelse zin heeft geleerd: "leave your compartment". Het gebruik van het woord "please" leert hij, denk ik, pas in zijn tweede Engelse les... Het geld wordt gecheckt enzovoorts,
enzovoorts. Dan weet je weer waarom je blij moet zijn met de Eurpese Unie. Je zou zeggen een mooi moment om die wc eens lekker schoon te poetsen, maar helaas....iedereen is erg druk, druk, druk. Dus
vandaag slaat fris & fruitig vooral op ons humeur, we kijken erg uit naar onze tijd in Mongolië en genieten met volle teugen van deze andere wereld.
We stappen vannacht weer op de trein, daarna zitten we aansluitend twee dagen in gertenten dus het wordt even wachten tot we in Ulaan Batar zijn. Dan proberen we weer wifi te vinden. En als antwoord
op de vraag wat kost een maaltje bij de Babuschka's: max 10 euro voor 2 personen. En dan nog even speciaal voor die vier lieve, gekke Belgen, ik moet me natuurlijk diep schamen dat ik jullie niet in
ons webblog genoemd heb. Hoe kon ik dit hoogtepunt overslaan? Leuk dat jullie ons volgen! Valt het gewone leven oppakken in België niet al teveel tegen?
Siberische belevenissen Dinsdag 3 juli door Irkutsk gestruind. Wat een verschil met Moskou! Hier geen luxe en dure winkels, maar een winkelstraat die wij maar amper herkennen als winkelstraat. Er
zijn geen etalages en buiten op de muren zitten grote advertenties. Op het theater staan de bekende communistische hamer en sikkel afgebeeld, maar er schalt Beatle muziek uit de luidsprekers op het
plein. Ook de mensen zien er hier anders uit, we zien veel gemengde gezichten; Russisch gemixed met Aziatische looks. Een voor ons armoedige provinciaals aandoende stad met een enorme mix van volken.
Of zoals Anna, onze agent in Irkutsk ons uitlegt: er is geen oorspronkelijke Siberische bevolking. Eigenlijk is iedereen hier import. Later die dag leren we Sucha en Anton kennen, onze gidsen bij de
Baikaltrekking. We zijn maar met zijn vieren, de meeste toeristen gaan hier naar het eiland in het Baikalmeer. In werkelijkheid is Sucha's naam drie keer zo lang, maar na onze eerste poging om dit
goed uit te spreken besloot ze:" ach, leave the rest, it' s too difficult." Sucha is 23 en bepaald geen Moskou type met hoge hakken. Deze dame houdt van schaatsen en langlaufen op het Baikalmeer in
de winter bij min 40 graden. In een heerlijk constant looptempo loopt ze twee dagen voorop bij onze trekking. Haar rugzak en die van Anton, Sucha's vriend, lijken wel bodemloos. Ieder dag komen er
weer nieuwe etenswaren uit die tassen. We koken zelf op een primusbrander, drinken water uit het Baikalmeer en slapen in blokhutten. Afwassen doen we met warme thee en onze vingers. Iedere maaltijd
moet worden afgerond met nieuwe Russische sweets, in drie dagen trekking hebben een compleet beeld van wat Russen allemaal snoepen, o.a. een soort zoete, melkcreme uit een tube, waar je allemaal een
lepel van neemt en die aflikt. Rare jongens, die Russen. Verder eten we eigenlijk heel gezond, ieder dag fruit, groente bij de pasta of soep of linzen. Want Sucha vindt dat je alleen maar goed kunt
lopen als je ook goed eet. Anton vist graag, dus toen we de tweede dag vast kwamen te zitten door de mist is die dag besteed aan praten, vissen, kaarten en een boekje lezen. Dat betekende dus de
volgende dag vissoep aan het ontbijt! Op de eerste avond zaten we nog in een 'luxe' blokhuttenkampje. Daar had je zelfs een eigen toilet. Weliswaar moest je het doorspoelen met een steelpannetje
water, want zo goed werkte het nou ook weer niet. Wel hadden ze daar een Banya, een soort Russische sauna, maar dan de Spartaanse versie. De sauna zelf is normaal, gestookt op houtblokken, maar het
washok werkt dan weer met teilen warm en koud water. Dus hebben we heel romantisch elkaar staan begieten met steelpannetjes water. Daarna nog een lekker biertje en dan wil de slaap wel komen... De
natuur is hier prachtig. Het Baikalmeer lijkt een beetje op Loch Ness in Schotland, altijd gedeeltelijk in de mist. Het weer wisselt hier razendsnel, van zonnig naar complete mist en harde regen. Het
levert spectaculaire luchten op. We genieten van de mooie uitzichten, beklimmen de rotsen langs de oevers en bekijken de kleine dorpjes met houten huisjes van dichtbij. We zien marmotten en eekhoorns
en roofvogels. Heerlijk om zo buiten te zijn en dat mijn enkel het zo goed houdt bij deze eerste keer weer klauteren in de heuvels!! Omdat we een dag zijn kwijtgeraakt door de mist gaan we met een
boot vanuit een ander dorpje aan het meer terug naar Irkutsk. Daar worden we gedropt in een studentenkamer, waar we een heerlijke douche en gevulde koelkast aantreffen. Lekker schoon zitten we nu
heel laat (elf uur ' s avonds) nog wat te eten in het hotel met wifi. Straks gaat dit verhaal dus live.Vannacht om 3 uur naar de trein naar Mongolië. Maar nu eerst mijn Omul (vis uit Baikalmeer)
eten..... Lieve groeten aan iedereen. Deze reis is nu al een superervaring!
Even een kort berichtje vanuit een duur hotel in Irkutsk waar we onze was laten doen, een echt koffietje pakken na de oploskoffie in de trein en ....gebruik maken van de wifi in de bar. Vanochtend om
07.30 uur in Irkutsk aangekomen met de trein. Onze rugzak gedropt bij het kantoor van de lokale agent en nu een halve dag de tijd om Irkutsk te verkennen. Ik hou het dus even kort. We hebben onze
kleine wandelrugzakjes al gepakt en de wandelschoenen staan klaar. Vanmiddag om 15:00 uur vertrekken we met de lokale bus naar het Baikal meer voor onze wandeltrekking. Daar hebben we erg veel zin in
na het zitten in de trein, nu lekker actief. We slapen vanaf nu 4 dagen in blokhutten, dus de I-pad gaat niet mee. Even radiostilte dus. Leuk al jullie reacties! Leuk om te zien dat jullie meeleven.
En Peter, fijn dat je het (samen met de kids) naar je zin hebt in ons huis. Arend en Marc, we zijn op afstand blij met onze 'tuinmannen'. En Leo, je leest selectief :-) Lieve groeten voor iedereen!